', 'stichtingvalideringexamensmbo.nl'); ga('send', 'pageview');
Om aan valide exameninstrumenten te komen, maakt de school de keuze welke route(s) hij doorloopt. Gemaakte afwegingen en keuzes moeten tot op het niveau van de kwalificatie herleidbaar zijn. De school maakt jaarlijks op hoofdlijn zijn beleidskeuzes en afwegingen over het (in principe) inkopen van exameninstrumenten bij een gecertificeerde instantie (route 1) danwel het zelf construeren van examens (route 2 en 3) inzichtelijk.
Het is aan de school zelf om te bepalen hoe ze de verantwoording inrichten en wie de verantwoording doet. De kwartiermaker heeft een hulpdocument over het maken van keuzes en het inrichten van verantwoording.
Scholen kunnen per kwalificatie kiezen via welke route(s) ze komen tot valide exameninstrumenten. Scholen maken gemaakte keuze(s) inzichtelijk. Per kwalificatie moet herleidbaar zijn via welke route of combinatie van routes er tot valide exameninstrumenten gekomen is. Wanneer voor meerdere kwalificaties dezelfde route doorlopen wordt, kan dit in de verantwoording vermeld worden. Voorbeeld: voor kwalificatie x, y en z is gekozen voor route 1 conform de beleidskaders van onze school.
Bekijk deze publicatie voor meer informatie over de verantwoording.
Vanaf augustus 2018 zetten alle scholen valide exameninstrumenten in voor de examinering van herziene kwalificaties. Per route wordt toegelicht wat dat betekent voor de reeds ingekochte of zelf geconstrueerde exameninstrumenten, wanneer worden deze als ‘valide’ beschouwd?
Route 1
Voor reeds ingekochte exameninstrumenten geldt dat deze als valide worden beschouwd, mits de examenleverancier waarvan het instrument afkomstig op invoeringsdatum x gecertificeerd is.
Route 2
Voor route 2 geldt dat reeds geconstrueerde exameninstrumenten valide zijn als deze zijn geconstrueerd volgens de afspraken in route 2. Gebruik hiervoor het document ‘Stappen route 2’ en controleer of het instrument dat al geconstrueerd is voldoet aan de afspraken.
Route 3
Als de school kiest voor route 3 moeten reeds geconstrueerde exameninstrumenten voor de herziene kwalificaties extern gevalideerd worden voor invoeringsdatum.
Exameninstrumenten die een school zelf geconstrueerd heeft, maar die niet via route 2 valide kunnen worden (in het geval dat kwalificaties geen toegang hebben tot route 2 of als de school geen toegang heeft tot route 2), moeten ook eerst extern worden gevalideerd via route 3 voor invoeringsdatum.
Er zijn twee uitzonderingen:
De afspraken gelden niet voor de keuzedelen.
Ja, de routekaart moet ook worden doorlopen voor de generieke instellingsexamens Nederlands en Engels. Ook voor deze examens moeten ‘valide exameninstrumenten’ ingezet worden. Centrale examens zijn uitgezonderd.
Om voor generieke instellingsexamens Nederlands en Engels tot valide exameninstrumenten in route 2 te komen moeten scholen de publicatie ‘Stappen route 2’ toepassen. Hierin wordt duidelijk gemaakt welke afspraken in route 2 van toepassing zijn op generieke instellingsexamens Nederlands en Engels.
Om aan valide exameninstrumenten te komen, maakt de school de keuze welke route(s) hij doorloopt. Gemaakte afwegingen en keuzes moeten tot op het niveau van de kwalificatie herleidbaar zijn. De school maakt jaarlijks op hoofdlijn zijn beleidskeuzes en afwegingen over het (in principe) inkopen van exameninstrumenten bij een gecertificeerde instantie (route 1) danwel het zelf construeren van examens (route 2 en 3) inzichtelijk.
Het is aan de school zelf om te bepalen hoe ze de verantwoording inrichten en wie de verantwoording doet. De kwartiermaker heeft een hulpdocument over het maken van keuzes en het inrichten van verantwoording.
Er zijn verschillende autoriteiten die een instantie kunnen certificeren. Dit doen zij aan de hand van de norm voor valide exameninstrumenten. Ook zijn er kaders opgesteld waarbinnen de autoriteiten werken. Instanties die zich willen laten certificeren kunnen zelf contact opnemen met een autoriteit die hiervoor geselecteerd is. Hier vind je meer informatie over de autoriteiten en hun contactgegevens.
In de norm voor valide exameninstrumenten zijn product-, proces- en organisatie-eisen opgenomen. Een instantie die zich wil laten certificeren (bijvoorbeeld een examenleverancier) moet aan al deze eisen voldoen. Een certificerende autoriteit zal de producteisen (op basis van een steekproef uit het totaal van exameninstrumenten), proces- en organisatie-eisen toetsen.
Certificering wordt gedaan door een aantal hiervoor geselecteerde onafhankelijke autoriteiten. Een certificerende autoriteit is benoemd op basis van een aantal eisen. Een certificerende autoriteit gaat vervolgens aan de hand van de norm voor valide exameninstrumenten (product-, proces en organisatie-eisen) instanties toetsen en certificeren. Daarbij zijn een aantal kaders opgesteld waarbinnen de autoriteiten werken. Hier vind je meer informatie over (de selectie van) de autoriteiten en hun contactgegevens.
Er worden door de stichting certificerende autoriteiten benoemd die instanties gaan certificeren in route 1 en exameninstrumenten gaan valideren in route 3. Een certificerende en validerende autoriteit wordt benoemd op basis van een set eisen. Geïnteresseerde autoriteiten kunnen zich via de kwartiermaker aanmelden om deze taken op zich te nemen. Hier vind je de autoriteiten die al benoemd zijn.